Dankzij The Law of Attraction ben ik al maanden trots op mijn huis, maar sinds vorige week voel ik enige kwetsbaarheid. Samen met jou laat ik deze kwetsbaarheid in dit artikel los, door het te hebben over aantrekkingskracht, Jack Kerouac en mijn innerlijke hippie.
In mei 2016 verhuisde ik van Amsterdam terug naar mijn ouders in Eindhoven en in november vertrok ik naar mijn eigen huisje. Ik was klaar met ziek zijn en ging beter worden. Stap 1: weer weg bij mijn ouders. Binnen no time vond ik een bizar groot appartement in het hartje van Eindhoven met een lief en rustig huisgenootje. Exact hoe ik het appartementje dat ik zocht voor me zag. Met enige metafysica en de kracht van visualisatie in mijn achterhoofd verbaasde ik me hier weinig over, maar dankbaar was ik wel.
Het appartement was groot en bood ruimte voor al mijn hobbies (met mijn tiny house ambities gaat het nooit wat worden). Mijn crosstrainer staat er, mijn Skype-hoek voor tarot readings, mijn retro Nintendo SNES en GameCube, mijn wannabe retro platenspeler, mijn piano, een eettafel, twee banken en we hebben een ruime keuken. En nog steeds kan ik door het huis rennen, springen en dansen (dat komt voor). We hebben ook nog een bovenverdieping, met een badkamer zo groot als een balzaal en voor ieder een ruime slaap-/werkkamer.
Ja, dit appartement wachtte echt op mij! Maar niet ieder huis is perfect en sinds ik er eind november in trok slaap ik zes dagen per week amper door mijn lieftallige bakker-buurman. Juist. Dat realiseerde ik me ook pas toen ik er één nacht had geslapen. Of eigenlijk niet had geslapen. En dan te bedenken dat ik standaard al met oordopjes in slaap omdat ik gewoon niet zo’n stabiele slaper ben.
Wat er vervolgens gebeurde: ik kon alleen nog maar klagen over mijn huis.
Wat er vervolgens gebeurde: ik kon alleen nog maar klagen over mijn huis. Als iemand vroeg: en, hoe bevalt je nieuwe huis? Dan kwam ik met: ‘Nou’, en kreeg die persoon een lang zeikverhaal te horen met de kanttekening dat ik wel heel blij was met de locatie en de ruimte. Nu ben ik sowieso wel goed in zeiken, immers, wie niet? Maar ik vond het echt vervelend dat ik er zo over klaagde.
Want het ironische is, dat als ik me ergens aan stoor dan is het aan mensen die alleen maar negatieve dingen vertellen. En ja, vaak zijn het de dingen waaraan je je stoort, tevens de dingen die je aan jezelf storen. En omdat ik het wist stoorde het me nóg meer. Maar de realisatie was er en ik besloot maar gewoon niet meer over de bakker te vertellen en over mijn huis te klagen.
Aan dat besluit ging echter nog wel wat wijsheid vooraf. Namelijk: The Law of Attraction. In het kort: als ik blijf zeiken over mijn huis en alleen maar de negatieve dingen van mijn huis blijf uitvergroten, dan kan mijn huis niet groeien naar iets beters (zoals: de bakker vertrekt). Tegelijkertijd trekt negativiteit alleen maar meer negativiteit aan, zoals een keukendeurtje dat afbreekt (ik noem maar iets) of de huisbaas die besluit dat ik hier niet meer zou mogen wonen.
Tijd voor positiviteit dus, om meer positieve dingen in mijn huis aan te trekken. Het mooie van The Law of Attraction is dat hij tweezijdig werkt. Immers, als ik positiever over mijn huis praat en denk en ik de fijne dingen van mijn huis uitvergroot (de locatie, de plek, mijn lieve huisgenoot, het bad(!)), dan verdwijnen imperfecties (de bakker, de afbrekende plinten, de ongelijke muren, de spinnenplaag, de hitte, het gebrek aan een tuin/balkon) vanzelf naar de achtergrond. Daar ligt de focus dan gewoon niet meer op.
Sinds dat besef klaag ik dus niet meer over mijn huis en ben ik hier eigenlijk heel gelukkig. De laatste tijd wankelt dat geluk weer iets door het gebrek aan een tuin en mijn behoefte om met blote voeten in het gras te staan en bomen te zien, maar zolang het vaak genoeg een druilerige bende is buiten ben ik redelijk stabiel.
Tot onlangs.
Want shit. De plinten breken af, de verf bladdert, de vloer is… aangekoekt met vuil van 20.000 vorige bewoners en… Nou ja, mijn huis doet eigenlijk een beetje vies en versleten aan.
Toen ik er in november introk was dat met de gedachte: ik blijf hier een halfjaartje wonen, dan ben ik beter en ga ik al mijn dromen achterna (backpacken in Australië, roadtrippen door de VS, rondhangen met hippies op een festival, kortom: à la Jack Kerouac of Into the Wild). Deze instelling leidde er toe dat ik mijn slaap-/werkkamer tot in de puntjes toe mooi maakte. Al werkend en lezend zou ik daar toch het meeste tijd doorbrengen. Bovendien houd ik niet van witte muren en ongezellig ruimtes. Mijn slaapkamer werd Pinterestwaardig, maar de benedenverdieping bleef zoals hij was.
Het lot wil dat mijn huisgenootje precies met dezelfde instelling hier kwam wonen. Zij heeft een ander verleden (en heden) van ziek zijn dan ik en kwam hier ook wonen om beter te worden en dan weer de wereld in te trekken. Dus ook zij had geen grootse plannen voor de benedenverdieping.
Zodoende verzamelden we wat meubels: twee banken, een eethoek, een tv-meubel, een ladekast en twee stellingkasten, mijn crosstrainer. Je voelt de gezelligheid. Not really.
Onlangs maakte ik het wat gezelliger met mijn platenspeler en twee Boheemse wandkleden. Ik wilde al lange tijd wandkleden ophangen om de herrie van de bakker wat minder te laten galmen (nogmaals, mijn huis is groot) en op Ibiza, of all places, vond ik twee mooie betaalbare wandkleden. Het grappige is dat die wandkleden stiekem he-le-maal niet bij mij passen. Ze passen wel bij mijn innerlijke hippie maar ik had nooit gedacht zoiets in mijn huis op te hangen.
Sinds mijn wandkleden er hangen ben ik best wel trots op mijn benedenverdieping. Ja, ik kijk nog steeds positief naar mijn huisje.
Tot vorige week.
Toen begon de hele positieve mindset jegens mijn huis weer te wankelen.
Volgende week vier ik namelijk mijn verjaardag. Binnen (want ik heb geen tuin en ik wens voor druilerig weer, zoals hierboven omschreven). En dan kan iedereen mijn huis zien.
OK, natuurlijk hebben veel mensen mijn huis al gezien. Maar dan met mijn commentaar erbij. Zoiets als: “jaaaa let er maar niet op, het is niet zo mooi. MAAR: het is wel groot he!?” *big smile* En dan snel mijn slaapkamer laten zien om te bewijzen dat ik echt wel stijl heb en vervolgens bij een hip tentje om de hoek verder praten.
Maar ja, als ik volgende week vijftien man in mijn huis moet ontvangen… Vulnerability alert! Ik bedoel, wat moeten mensen wel niet denken? ‘Die Charelle, die heeft ook geen smaak zeg!’ Ik heb de neiging om spontaan nog twintig wandkleden te bestellen en mijn huis ermee te bedekken zodat het er uit ziet als de tent van The Weasley’s uit Harry Potter (we hebben al een Alohomora deurmat en een Ministry of Magic toilet, dus hé).
Lekker belangrijk, dat mijn plinten afbreken en de vloer niet schoon te krijgen is.
Maar ik denk dat we allemaal wel inzien dat dit helemaal nergens over gaat. Het is mijn keuze om die benedenverdieping studentikoos te houden en daar mogen mensen wat van vinden. Lekker belangrijk, dat mijn plinten afbreken en de vloer niet schoon te krijgen is. Want was de vloer van Jack Kerouac schoon? Ik vermoed van niet. En was Jack Kerouac een geliefd persoon? Een heel geliefd persoon. En heeft er ooit iemand over Jack Kerouac geschreven: ‘die Jack Kerouac, schrijven kon-die, maar zijn vloer, nou nou!’ Nee, dat heeft nooit iemand geschreven.
Dus als jullie het niet erg vinden ga ik weer lekker trots zijn op mijn huisje, mét al zijn imperfecties.
Een bekend boek over The Law of Attraction is The Secret van Lorna Byrne. Ik heb het nog niet gelezen maar ben er erg benieuwd naar!
Voel jij je weleens onzeker over je huis? Geloof je in The Law of Attraction? Laat het weten in de reacties!
Lees ook: 4x Tips voor nieuwe inspiratie en creatieve ideeën!
Volg je mij al op Facebook, Instagram, Pinterest en Bloglovin’?
Dit artikel bevat affiliate links.
6 comments
Volgens mij heb jij een heerlijk huisje. Sinds wij in een klein gemeubileerd huurhuis wonen ben ik veel minder kritisch. Ook ik dacht vaak: later als ik groot ben wil ik het anders doen. Nu heb ik rust, ook al is de bladderende leren bank echt aan vervanging toe en had ik een andere inrichting gekozen…. Wat ik zelf belangrijk vind in huis zijn genoeg planten, grote planten maken het voor mij echt knus en huiselijk. ( staand, hangend etc) Ook knusse verlichting in de avond, vind ik heerlijk ( ja ik heb al heel het jaar kerstverlichting hangen in een hoek)
Lelijke vloer? Misschien vind je nog leuke kleden?
Interessante post ! En ja, ik geloof zeker in de law of attraction. Wel tot op zekere hoogte, want ik vind het te ver gaan dat je écht álle dingen naar je toe zou trekken (denk aan heftige ziektes of gebeurtenissen). Maar het blijft interessante materie.
Wat ontzettend herkenbaar! Ik omschreef mijn huis altijd als een ‘donker hol’. Maar wel lekker goedkoop, alles wat ik maar kon wensen, netjes en goed schoon te houden, bemeubeld met wasmachine en een droger… Maar geen zonlicht. Toen begon ik de boel op te fleuren, boekenkasten gekregen van familie, schilderijen van vrienden en eigen kunstwerkjes. Langzaam aan werd het toch een paleisje. En net nu alles echt eigen voelt, maak ik plannen om te verhuizen. Shit happens. Maar ik weet nu wel waar ik gelukkig van word in huis: zaken die mijn doen denken aan dierbaren. En dat ga ik ook zeker doen in het volgende huisje :)
[…] Lees ook: The Law of Attraction, of: een ode aan mijn fijne huis met al zijn imperfecties […]
[…] Lees ook: The Law of Attraction, of: een ode aan mijn fijne huis met al zijn imperfecties […]
[…] Spirit | The Law of Attraction, of: een ode aan mijn fijne huis met al zijn imperfecties […]